Ik hoor zoveel fabeltjes van mensen over voeding en sport. Daarom gooi ik er af en toe een uitspraak doorheen, met de vraag of dit een feit of een fabel is. Deze keer is dat over het plaatselijk verliezen van vet. Dus wanneer je bijvoorbeeld veel vet rond je benen hebt, dat je door been oefeningen het vet hier sneller kwijtraakt.. Kan dat?
Fabel! Als je wat meer vet hebt rond je buik zal dit niet sneller weggaan wanneer je meer buikspieroefeningen gaat doen. Of wanneer je meer vet hebt in je benen, worden je benen niet sneller slank door alleen maar te gaan hardlopen.
Het is in je genen bepaald op welke lichaamsplekken er wat meer vet zit of op welke plek je het eerste ziet dat je bent aangekomen. Zo gaat het ook met het vet kwijtraken. We hebben geen invloed op de plek waar het vet wordt verbrand. Nee, ook niet wanneer we juist die plek gaan trainen.
Een voorbeeld: Wanneer je gaat hardlopen denkt je lichaam, “hey ik moet denk ik wat meer energie vrijmaken uit mijn lichaam, want dit is intensief” , dan heb je altijd al een “voorraadje” in je lichaam. Dit is glycogeen en wordt als eerste aangesproken. Dus nog geen vet en geen eten wat je net gegeten hebt. Als je een tijdje aan het hardlopen bent zal je lichaam uiteindelijk overgaan op de vetverbranding. Je stofwisseling is tijdens het hardlopen hoog, je ademt zwaarder, het kost je moeite om het vol te houden en je bloed pompt door je lijf. Je lichaam is bezig om energie vrij te maken, vet wordt geleidelijk over het lichaam verbrandt. Je lichaam heeft allemaal trucjes om te overleven in échte noodgevallen. Vet dient voor een groot gedeelte als isolatie, je lichaam zal daarom niet van één plek veel vet weghalen, want dan blijft dat gedeelte slechter geïsoleerd dan de rest van het lichaam.
Wat je wél aanspreekt tijdens het hardlopen zijn de spieren in je benen. Spieren kun je wél plaatselijk trainen. Kijk maar naar die sportschool jongens die alléén maar hun armen trainen. Uiteindelijk lopen ze rond met supergespierde armen, en maar magere beentjes.
